Nieuws
1 juni 2021 Bron: Telegraaf
Grote schuldenlast kan een enorme steen om de nek mkb worden
AMSTERDAM - Invest-NL, de vorig jaar teruggekeerde nationale investeringsbank, stond met de uitbraak van de coronacrisis klaar om om namens de overheid met banken en pensioenfondsen belangen te nemen in getroffen bedrijven. „Ik ben wel een beetje bezorgd over de status.”, zegt ceo Wouter Bos over het hulpplan dat langzaam een stille dood aan het sterven is.
Wouter Bos van Invest-NL: „We wilden onze verantwoordelijkheid nemen tijdens de coronacrisis.”
Nederland startte begin vorig jaar, in navolging van Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië en Spanje, met een eigen nationale investeringsbank. In januari 2020 stond een pot van €1,7 miljard aan risicodragend kapitaal klaar voor innovatieve bedrijven die de Nederlandse economie in 2050 moeten gaan dragen. En toen brak het coronavirus uit. „Dat maakte het best ingewikkeld”, blikt ceo Wouter Bos terug op de start van Invest-NL. „Moesten we onze taak tijdelijk opzijschuiven? We zijn autonoom, maar werken wel met publiek geld. En dus namen we onze verantwoordelijkheid.”
„Door aanvragen aan te nemen van jonge innovatieve bedrijven die door corona in financieringsproblemen kwamen. Bedrijven die €2 tot €15 miljoen nodig hadden. Door de coronacrisis keken veel financiers de kat uit de boom. Het kostte even om een programma te ontwikkelen en aanvragen te behandelen. Maar we hebben zeven bedrijven kunnen helpen. Dat is hartstikke goed.”
Je zou cynisch kunnen zeggen: maar zeven bedrijven?
„We dachten dat er meer bedrijven dan de zeven die we geholpen hebben in problemen zouden komen. Maar veel hadden kleinere leningen nodig. En wij doen echt risicodragend kapitaal. Ook herstelde de equitymarkt zich vrij snel. Wij hebben met name medische technologiebedrijven kunnen helpen. ViCentra, dat een insulinepompsysteem ontwikkelt, was het eerste project. Zulke partijen werken met ziekenhuizen om medicijnen en apparatuur te testen. Maar die ziekenhuizen hadden door de coronazorg wat anders aan hun hoofd.”
Heeft u gekeken naar de rol van investeringsbanken in de buurlanden?
„Dat was ook een reden om mee te doen. We zagen dat instellingen in andere landen het ook deden, soms gevraagd door de overheid. Daar wilden wij ons niet aan onttrekken.”
Rabobank-topman Wiebe Draijer was recent enthousiast om met de overheid risicodragend kapitaal aan bedrijven in coronanood te verstrekken. Lag daar geen rol voor Invest-NL?
„We hebben er zelfs een afspraak met het ministerie van Financiën over gemaakt. Dat was met instemming van wijlen Hans de Boer, van wie het idee kwam. Als de overheid mee zou doen aan een fonds dat met banken en pensioenfondsen een belang neemt in getroffen bedrijven, dan zouden wij het overheidskapitaal beheren.”
In een Kamerbrief stond vorige week dat het idee ’niet tot wasdom is gekomen’. Komt dat fonds er nog?
„Het idee loopt al een jaar, maar ik hoor er niet meer zo veel van. Ik ben een beetje bezorgd over de status. Ik ben het namelijk eens met wijlen Hans de Boer: je kunt ondernemers niet alleen helpen met leningen. Zo’n grote schuldenlast kan een enorme steen om de nek van die ondernemers worden.”
In het eerste jaarverslag van Invest-NL wordt gesproken over dertien goedgekeurde investeringsaanvragen, waarvan er tien zijn gecommitteerd. Toch waren er liefst 422 aanvragen?
„Tijdens de opbouw van Invest-NL hadden veel ondernemers zich al gemeld. Maar wij mochten pas ja of nee verkopen als de wet door de Kamer was. Er lag zodoende een stuwmeer van potentiële aanvragers. Veel aanvragen waren te klein voor ons, de businesscase klopte niet, het management was niet goed of er waren geen andere investeerders. Er viel daarom veel af. We hebben ook gesprekken gevoerd met bijvoorbeeld fabrikanten van beademingsapparatuur, omdat we vonden dat we moesten helpen. Maar uiteindelijk bleken die bedrijven geen geld nodig te hebben, omdat de vraag zo groot was dat ze met de orders hun productie konden voorfinancieren. Inmiddels hebben we dat stuwmeer weggewerkt en komt het tempo er in: in de eerste vijf maanden van dit jaar hebben we al net zo veel financieringen afgesloten als in heel 2020.”
Oftewel: de eerste €28 miljoen van de €1,7 miljard is uitgezet?
„Ik kijk liever naar de €244 miljoen aan aanvragen waar we ons aan hebben gecommitteerd. Dat betalen we uit als de afspraken zijn nagekomen. Een groot deel gaat naar het Dutch Future Fund voor innovatieve mkb-bedrijven, dat we met European Investment Fund hebben opgezet. Zij verdubbelen elke euro die wij erin stoppen. De expertise ligt bij het fonds, want wij kunnen niet van alles verstand hebben.”
Invest-NL wordt anders te groot en te log?
„Deze tak van sport is redelijk riskant, terwijl je toch met een zeker rendement moet terugkomen. Dat lukt je alleen als je verdomd goed weet waar je je geld in steekt.”
In het jaarverslag schrijft u dat ‘stakeholders soms andere verwachtingen hadden’. Wat bedoelt u precies?
„Over de oprichting van Invest-NL is zó lang gesproken. Er was de gedachte: als je nergens geld kunt krijgen ga je daar naar toe. Maar er zijn strenge eisen. We mogen geen private bedrijven van de markt drukken. En we richten ons op de transitie en verduurzaming van de economie, niet op wegen en spoorlijnen. Die uitleg vroeg veel tijd.”
Aan wie moest u dat uitleggen?
„MKB-Nederland en Hans Biesheuvel van ONL vroegen wel: ‘Waarom financieren jullie het mkb niet?’. We zijn niet ingericht om het kleine mkb te doen, maar kunnen wel partijen financieren die dit kunnen. We hebben met het EIF en staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken een afspraak voor drie fondsen gemaakt, waarvan één is bedoeld voor het mkb. Overigens zijn alle ondernemingen die we direct financieren in strikte vorm ook mkb-bedrijven. Het zijn alleen start- en scale-ups, niet zozeer de bakker en de slager op de hoek.”
Over het eerste jaar boekt Invest-NL een verlies, van €6,3 miljoen. Door aanloopkosten?
„Deels. Ik vermoed dat we ook dit en volgend jaar nog rode cijfers schrijven. In onze risicocategorie gaat het zeven of acht van de tienkeer mis. Cruciaal is dat de goede mensen aan het roer staan bij innovatieve bedrijven. Ruud Hendriks, een van onze commissarissen, zegt altijd: ‘Je financiert eerst de vent, dan de tent’.”
11 maart 2021 Bron: Telegraaf
Rabobank: economie eind dit jaar hersteld van coronaklap
De Nederlandse economie zal na een krimp in het eerste kwartaal als gevolg van de lockdownmaatregelen snel aan vaart winnen.
Na de vaccinatiegolf, zullen consumenten snel terugkeren in de winkelstraten, denkt Rabobank. Dat leidt tot 3,7% groei in 2022.
Economen van Rabobank voorzien voor dit jaar een groei van 2,1 procent, afgezet tegen de krimp van 3,8 procent vorig jaar, meldden zij in een prognose. In 2022 zal de economie naar verwachting een groei van 3,7 procent laten zien.
Rabobank benadrukt dat de prognose omgeven is met een hoop onzekerheden. Daarbij is met name het tempo van vaccineren bepalend voor het herstel, omdat de vaccinaties ook het tempo van de versoepelingen grotendeels zullen bepalen.
Waarom zou je nu de lasten voor het mkb gaan verzwaren?
In de prognose rekent de bank erop dat er in de loop van volgend kwartaal geleidelijk aan meer mag. Aan het begin van het vierde kwartaal denkt Rabobank dat de economie weer volledig open kan.
Meer werklozen
Dit alles zal er volgens de bank voor zorgen dat mensen weer geld zullen gaan uitgeven, na een forse krimp in het eerste kwartaal. Wel zal de werkloosheid naar verwachting gaan stijgen wat wel een rem zet op de consumptie. Rabo verwacht een stijging van het werkloosheidspercentage tot 4,7 procent in de eerste helft van 2022 van 3,6 procent nu.
De overheidsinvesteringen zullen volgens de bank ook sterk aantrekken dit jaar en volgend jaar. Verder zullen ook bedrijven het aandurven om weer investeringen te doen, afgezet tegen de krimp in investeringen van 3,8 procent vorig jaar.
Dit kosten de plannen van de politieke partijen
Verder benadrukt de bank dat de coronacrisis een aantal sectoren vorig jaar juist erg hard heeft geraakt, terwijl andere branches er relatief probleemloos doorheen rolden. In de horeca was de krimp circa 41 procent en de vervoersector zag ongeveer 16 procent van zijn productie verdampen.
Supermarkten sterk
Sectoren als de handel en de ICT wisten ondanks corona hun productie nog aardig op peil houden. Wel zagen we in deze sectoren grote verschillen tussen de bijbehorende deelsectoren. Binnen de handel deden de supermarkten het bijvoorbeeld erg goed, maar moesten de kledingwinkels het ontgelden.
Daarnaast zal het onder andere voor reisbureau’s en de vervoerssector nog even duren voordat ze de crisis te boven zijn. Dit omdat het vervoer door de lucht en daarmee ook het toerisme sterk is afgenomen. De bouw heeft verder last van de stikstofproblemen die onder andere de afgifte van vergunningen in de weg zit.
Voor dit jaar rekent Rabo in de bouw op een krimp. De grote vraag naar woningen zal de sector volgend jaar weer doen groeien.
30 november 2020 Bron: Financieel Dagblad
Keurmerk moet misstanden mkb-advies bestrijden
Dat moet de markt reguleren en kickbacks en onkunde uitbannen.
Keurmerk moet onderscheid maken tussen ongecertificeerde adviseurs en gecertificeerde.
Kickbacks en onkunde. Dat zijn de belangrijkste misstanden die het nieuwe keurmerk Erkend Financieringsadvies MKB moet bestrijden. 'Te vaak hoor ik verhalen over dubieuze praktijken', zegt Ronald Kleverlaan van Stichting MKB Financiering, de initiatiefnemer van het keurmerk dat is bestemd voor adviseurs van mkb-bedrijven. 'Ondernemers hebben recht op een passend en verantwoord advies.'
Vooral de zogenoemde kickbacks kunnen rekenen op kritiek. Een kickback is een vergoeding die een financiële partij betaalt aan de adviseur voor het aanbrengen van een klant. Deze vergoeding heeft betrekking op de hele looptijd van het contract en kan oplopen tot een kwart van de verdiensten van de financiële partijen.
Ondernemer betaalt
'Zo komen ondernemers terecht bij financiële partijen die het meest willen betalen', zegt André Dolsma, commercieel directeur bij microfinancier Qredits. 'Niet de behoefte van de ondernemer, maar de verdiensten van de adviseurs zijn vaak leidend.'
'Als wij die niet betalen', aldus Tim Zoete van Voldaan Factoring, 'brengen veel adviseurs de ondernemer naar een andere partij. Dan lopen wij klanten mis. Uiteindelijk wordt alles doorberekend en betaalt de ondernemer de rekening.'
Nederland telt volgens een grove schatting tussen de 3500 en 4000 mensen die mkb-ondernemers adviseren. Het gaat dan om zowel een accountant die voor zijn cliënt af en toe een aanvraag voor een lening indient, als om gespecialiseerde adviseurs. Die laatste groep zou tussen de 350 en 400 mensen groot zijn.
Bancair verleden
Het keurmerk moet niet alleen de kickbacks, maar ook de onkunde bestrijden. Volgens Kleverlaan hebben veel adviseurs een bancair verleden en verwijzen ze ondernemers die geld nodig hebben automatisch door naar een bankloket. 'Ze hebben vaak geen weet van recente alternatieven', zegt Kleverlaan. Daarbij denkt hij bijvoorbeeld aan overbruggingskredieten, crowdfunding en de mkb-beurs NPEX.
Het keurmerk Erkend Financieringsadvies MKB wordt maandag gelanceerd. 'Dit vergroot de slagingskans op het verkrijgen van financiering en kan ondernemers de armslag bieden om de huidige economische crisis door te komen', aldus staatssecretaris Mona Keijzer in het persbericht van de Stichting MKB Financiering.
Gedragscode
Het keurmerk garandeert dat de ondernemer de gesprekken voert met een gekwalificeerde adviseur. Die adviseur is gebonden aan de gedragscode die onderdeel is van het keurmerk. Hierin is vastgelegd dat de tarieven en provisies transparant moeten zijn.
Ondernemers die ontevreden zijn over een adviseur met keurmerk, kunnen klagen bij een speciaal loket van het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid). Bij de totstandkoming van het keurmerk zijn verder onder andere de Kamer van Koophandel, toezichthouder AFM en brancheorganisatie MKB-Nederland betrokken.
Bijscholing
Iedereen die zich geroepen voelt, kan zich adviseur noemen. Diploma's zijn niet nodig. Maar adviseurs die in aanmerking willen komen voor het keurmerk, moeten een examen afleggen. Zo moet het keurmerk leiden tot een tweedeling in de markt: adviseurs met certificaat en adviseurs zonder. Begin 2021 gaat de eerste opleiding van start.
Het examen toetst of adviseurs in staat zijn een juiste financiële analyse te maken, de risico's voor de onderneming in kaart te brengen en de terugbetalingscapaciteit van een onderneming te berekenen.
'Maar het belangrijkste is dat zij goed op de hoogte zijn van de ontwikkelingen in de markt', zegt Kleverlaan van de Stichting MKB Financiering. 'Daarom moeten zij zich op gezette tijden laten bijscholen. Wij hebben al afspraken gemaakt met opleidingsinstituten.'
11 september 2020 bron: Financieel Dagblad
Mkb weet alternatieve financier slecht te vinden
Kleine en middelgrote ondernemers met behoefte aan geld komen zelden uit bij alternatieve financiers, zoals lease- en factoringmaatschappijen, business angels en kredietunies. Van de financieringen onder de €2,5 mln neemt de non-bancaire sector slechts 8% voor zijn rekening, terwijl banken goed zijn voor 40%.
Er zijn weliswaar veel alternatieve financiers in de markt, maar mkb-ers weten ze maar moeilijk te vinden. Volgens Ronald Kleverlaan van de Stichting MKB Financiering ligt het aantal alternatieve financiers in Nederland rond de honderd. 'Het aanbod is zeer divers', zegt hij. 'Daardoor is het voor ondernemers moeilijk uit te komen bij de juiste aanbieder.'
De voornaamste barrière is de naamsbekendheid, schrijft Céline Smits, student aan de Hanzehogeschool Groningen, in haar afstudeerscriptie Het stimuleren van de Nederlandse MKB-financieringsmarkt. 'Er is veel aanbod op de markt waardoor het lastig is voor mkb-ondernemers, -adviseurs, -accountants en de overheid hier een goed beeld van te krijgen.'
'Het gaat niet zozeer om de hoeveelheid aanbieders, maar om de diversiteit van het aanbod', zegt Derek de Broekert van FundIQ. 'Een ondernemer is geen financieringsspecialist. Hoe moet hij weten of hij beter kan aankloppen bij een kredietunie, een factoring- of leasemaatschappij of een crouwdfunder?'
Financieel analfabetisme
Volgens Peter-Jan Bentein van de Nederlandse Vereniging van Leasemaatschappijen lijden Nederlandse ondernemers soms aan 'financieel analfabetisme'. 'Ze kloppen automatisch aan bij een bank en maken zich zo erg afhankelijk.' Naar zijn idee moet de financiering gespreid worden over meerdere partijen. Want mocht een van de financiers tijdens zware tijden de geldkraan dicht draaien, dan zijn er nog uitwijkmogelijkheden.
In de huidige ondernemers-adviseurs heeft Bentein weinig vertrouwen. Die werkten volgens hem over het algemeen vroeger bij banken en zijn nauwelijks bekend met het alternatieve circuit. 'Zij weten niet welke mogelijkheden er tegenwoordig buiten het traditionele circuit om bestaan.'
'Ondernemers hebben op verschillende momenten behoefte aan een andere financiering', zegt Hans Biesheuvel van ondernemersorganisatie ONL. 'Soms heeft hij geld nodig om een machine te kopen, dan weer wil hij een andere partij overnemen of zijn bedrijf uitbreiden. Daar passen andere financieringsvormen bij. Het gaat om een juiste mix.'
Biesheuvel pleit voor de oprichting van een nieuwe en onafhankelijke organisatie: de Dutch Business Bank. 'Die moet ondernemers naar de juiste financiers begeleiden. Vergelijk het met de rol die een hypotheekadviseur speelt op de particuliere woningmarkt.'
18 juni 2020 bron: Stichting MKB Financiering
Experimentele fase voorbij, één op de vijf mkb ondernemingen financiert non-bancair
Uit de cijfers van het jaarlijkse onderzoek van Stichting MKB Financiering naar non-bancaire financiering binnen het mkb komt naar voren dat financiering zonder bank in Nederland de experimentele fase voorbij is en deze nu een serieuze positie in de mkb financieringsmarkt heeft ingenomen.
Ronald Kleverlaan, voorzitter Stichting MKB Financiering over het onderzoek:
“Een steeds groter deel van de Nederlandse ondernemers heeft in 2019 en de jaren daarvoor ervaring opgedaan met nieuwe aanbieders van mkb financiering. Eén op de vijf ondernemers wist deze nieuwe financiers te vinden die ook nu tijdens de corona crisis van toegevoegde waarde zijn.”
Non-bancaire financiering 2019 gegroeid met 26%
Met een groei van 26% ten opzichte van 2018 en met ruim € 2,7 miljard aan nieuwe verstrekkingen financiert één op de vijf mkb ondernemingen de activiteiten non-bancair. Verder valt uit de cijfers op dat het aantal verstrekte financieringen met 41% groeide naar 49.120. Vooral bij klein-zakelijke financieringen onder € 1 miljoen nam non-bancaire financiering sterk toe en blijkt het een duidelijke behoefte in te vullen in de markt.
Opvallende cijfers non-bancaire financiering 2019
• 49.120 non-bancaire financieringen (41% groei)
• Non-bancaire financiering gestegen naar € 2,7 miljard
• Aandeel non-bancair bij financieringen < € 1 miljoen gestegen naar 22%
• Vastgoed financiering meer dan verdubbeld in 2019
• Lease en factoring samen 74% van non-bancaire financiering
Trend en toekomst non-bancaire financiering
Het onderzoek blikt terug op 2019, voor de corona crisis. De corona crisis zal invloed hebben op de groei van de non-bancaire financieringsmarkt maar als de trend van toename van klein zakelijke financieringen de komende jaren doorzet, nemen de non-bancaire financiers de rol als grootste geldschieter rond 2023 over van de banken.
3 juni 2020 bron: Financieel Dagblad
Einde verpandingsverbod moet mkb €1 mrd meer leenruimte geven
Bedrijven moeten hun vorderingen kunnen gebruiken als onderpand voor een lening. Om dat te bereiken wil minister Dekker een eind maken aan afspraken die verpanding verbieden. Dat zou het midden- en kleinbedrijf ongeveer €1 mrd extra leenruimte moeten opleveren.
Bedrijven moeten hun vorderingen kunnen gebruiken als onderpand voor een lening bij bank of andere geldschieter. Daardoor zouden zij bijna €1 mrd extra kunnen lenen. Om dat te bereiken wil Sander Dekker, minister voor Rechtsbescherming, een eind maken aan afspraken die verpanding van vorderingen verbieden.
Dat staat in een wetsvoorstel dat Dekker woensdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Het voorstel was lange tijd in de maak. Dekker kondigde in februari 2018 al aan dat hij een einde wil maken aan het verpandingsverbod.
Het doel van het voorstel is het creëren van extra kredietruimte, met name voor het midden- en kleinbedrijf (mkb). De Nederlandse Vereniging van Banken en de koepel van Nederlandse factoringmaatschappijen FAAN schatten dat het mkb bijna €1 mrd meer kan lenen als zij hun vorderingen aan banken en andere financiers mogen verpanden.
Tal van grote bedrijven, vooral veel winkelketens en bouwbedrijven, verbieden leveranciers en andere crediteuren hun vorderingen te gebruiken als onderpand voor een lening. Ooit waren zulke bepalingen uitzonderingen, tegenwoordig zijn ze volgens Dekker 'bijna standaard'. Het wetsvoorstel maakt het onmogelijk voor bedrijven om verpandingsverboden op te nemen in contracten of algemene voorwaarden.
Meer nood door corona
Grote bedrijven zijn huiverig voor leveranciers die vorderingen verpanden, omdat het risico bestaat dat in plaats van de originele crediteur een derde partij voor de deur staat om de openstaande rekening te innen. Dat gebeurt als de partij die de vordering heeft gebruikt als onderpand van een lening niet aan zijn verplichtingen voldoet jegens de geldschieter. Deze financier kan in zo'n geval het onderpand te gelde maken.
Dekker heeft geprobeerd dat bezwaar weg te nemen. Een leverancier moet de schuldenaar schriftelijk meedelen dat hij zijn vordering verpandt, voordat hij deze overdraagt. Zo moet voorkomen worden dat een onbekende derde de betaling van een openstaande factuur komt opeisen.
MKB-Nederland probeert al jaren het verpandingsverbod geschrapt te krijgen. De coronacrisis heeft die noodzaak groter gemaakt. 'Juist in deze economisch onzekere tijden is verruiming van kredietmogelijkheden en de liquiditeitspositie van groot belang voor veel mkb-bedrijven', schrijft Dekkers ministerie van Justitie en Veiligheid.
Lang wachten op geld
Een factuur die niet als onderpand mag dienen, is economisch gezien 'dood geld'. Grote bedrijven zijn wettelijk verplicht hun leveranciers binnen zestig dagen te betalen, al hebben meerdere ketens daar sinds het uitbreken van de coronacrisis aan getornd. Zo verlengden warenhuisketens Hema en De Bijenkorf en lingeriewinkel Hunkemöller eenzijdig hun betalingstermijnen tot boven de wettelijk toegestane grens.
Zulke lange betaaltermijnen zijn uitzonderlijk. Gemiddeld moeten kleine leveranciers 40 dagen wachten voordat zij hun rekeningen betaald krijgen, bleek eind vorig jaar uit een inventarisatie van het ministerie van Economische Zaken (EZ). Staatssecretaris Mona Keijzer vindt dat te lang. Daarom heeft zij voorgesteld de wettelijke betaaltermijn voor grote bedrijven te halveren naar 30 dagen. Voordat het zo ver is, laat het ministerie van EZ onderzoeken waarom grote bedrijven hun kleine leveranciers niet sneller betalen.
Met het schrappen van het verbod poogt minister Dekker een achterstand van Nederland op omringende landen in te lopen. In landen als Duitsland en Frankrijk mogen ondernemers hun vorderingen gebruiken als onderpand voor een krediet. ‘Het is belangrijk dat Nederland volgt, omdat het anders ten koste gaat van onze concurrentiepositie’, vindt Dekker.
29 april 2020 bron: MKB Nederland en VNO/NCW
De Coronacalculator: duidelijke snelle tool voor MKB ondernemers
https://www.coronacalculator.nl/
9 april 2020 bron: Faan
Factoring doorbreekt in 2019 omzetgrens van 100 miljard euro
Uit gegevens die door de leden van FAAN (Factoring & Asset based financing Association Netherlands) zijn verzameld, blijkt dat de factoringvolumes in Nederland in 2019 met 13,75% zijn gestegen. Hiermee is een recordomzet van 112 miljard euro bereikt en is de omzetgrens van 100 miljard euro voor het eerst doorbroken. De aanhoudende groei toont aan dat factoring, waarmee ondernemingen de beschikking krijgen over het broodnodige werkkapitaal, een cruciale rol speelt in de Nederlandse economie.
Vooral forse toename in de groothandel: Naast de stijging van de overgedragen omzet met 13,75%, zijn ook de openstaande saldi ten opzichte van 2018 fors gestegen (+11,30%). Inzoomend op de cijfers; de omzet is in bijna alle sectoren gestegen. In de sector groothandel is, na een daling in 2018, een fors herstel zichtbaar (+16,84%). Alleen de zakelijke dienstverlening laat een lichte daling zien (-2,10%).
Steeds meer ondernemers ontdekken de voordelen: “Deze indrukwekkende groei van onze industrie onderstreept de marktbehoefte van factoring als belangrijke vorm van financiering van het bedrijfsleven”, zegt Mike Roth, voorzitter van FAAN. “Meer en meer ondernemers ontdekken de voordelen van factoring. Het is dan ook onze verwachting dat factoring in belang zal blijven toenemen.”
Coronavirus: Hoe mooi de resultaten in 2019 ook waren, door het coronavirus staat alles in een ander daglicht. Momenteel zijn onze leden vooral gericht op het vinden van oplossingen om voor hun klanten de continuïteit zoveel mogelijk te kunnen waarborgen.
**** Toelichting op het begrip ‘overgedragen omzet’: dit betreft de omzet van alle bedrijven die factoring gebruiken voor het financieren van hun werkkapitaal. Met de openstaande saldi wordt bedoeld de financieringsbedragen die ondernemingen daadwerkelijk opnemen of gebruiken
30 maart 2020 bron: Financieel Dagblad
Kredietverzekeraars zetten zich schrap voor golf van faillissementen
Het aantal faillissementen zal de komende maanden sterk stijgen, verwachten kredietverzekeraars en andere financieel dienstverleners. De toestroom van nieuwe kredietaanvragen is in sommige sectoren zo hoog dat de financiering ervan begint te knellen.
Alternatieve financiers zien zich door de samenstelling van hun klantenbestand blootgesteld aan grote risico's.
De ongekend grote staatssteunmaatregelen en aflossingspauzes van banken kunnen niet verhinderen dat er de komende maanden een golf van faillissementen over Nederland en de wereld heen rolt.
Mondiaal zal het aantal faillissementen met 14% toenemen, is de voorzichtige schatting van Walter Toemen, directeur Risk bij kredietverzekeraar Euler Hermes. Het meest zonnige scenario is een korte, heftige recessie, zegt hij. 'Dat is waar we op hopen. In het slechtste geval houdt de crisis aan tot 2021. Natuurlijk worden we nerveus van wat we zien in de markt.'
Vanwege de corona-uitbraak is het faillissementsrisico in bepaalde sectoren zo hard gestegen dat het de afgelopen twee weken zo goed als onmogelijk is geworden om je ertegen te verzekeren. Met name in de horeca, sierteelt, de evenementenbranche en de creatieve sector zullen veel bedrijven onvermijdelijk omvallen, zeggen kredietverzekeraars en andere financiële dienstverleners.
Extreem lastig
Het is voor ondernemers extreem lastig geworden om nog aan liquiditeit te komen, vertelt Igor Meijs van Freelance Factoring, een bedrijf dat overbruggingsfinanciering regelt voor zzp'ers. 'Verzekeraars zijn terughoudend met het dekken van nieuwe opdrachten, waardoor ik nog maar weinig voor deze categorie klanten kan betekenen.' Het kabinet kondigde ruim een week geleden aan de loonkosten van door corona getroffen ondernemers grotendeels over te nemen, maar uitbetaling volgt naar verwachting pas in mei. In de tussentijd lopen veel andere kosten onverminderd door. Uitzicht op opheffing van de kabinetsmaatregelen tegen verspreiding van het virus, in theorie mogelijk vanaf 6 april, is er nog niet. 'We moeten realistisch zijn: na 6 april gaat het niet zomaar weer draaien. Bedrijven zijn voor onbepaalde tijd op coronavakantie', stelt Koen Smelter van Westland Adviesgroep, een bemiddelaar voor kredietverzekering. Ook de banken geven niet thuis. Zij worden overspoeld door aanvragen voor noodkrediet en missen de snelheid die ondernemers nu zo hard nodig hebben.
Betaaltermijn oprekken
De enige uitweg is volgens Smelter dat schuldeisers en leveranciers van bijvoorbeeld restaurants hun betaaltermijn enorm oprekken. 'Doen ze dat niet, dan wordt het een bloedbad. Incassotrajecten hebben nu geen enkele zin want er valt niets te halen, en je hebt er als groothandel niets aan om het faillissement van tientallen klanten aan te vragen.'
De grootste drie kredietverzekeraars van Nederland hebben vorige week al maatregelen getroffen. Zij geven schuldenaren dertig dagen extra om facturen te betalen alvorens over te gaan tot invordering en uitbetaling van de schade. Niet alleen zzp'ers en kleine ondernemers, maar ook grote bedrijven zijn wanhopig op zoek naar extra financiering, ziet Federico Travella van Novicap, de factoringpartner van onder meer ING Bank. 'Midkappers die werkkapitaal nodig hebben, nemen waanzinnige bedragen op. Zo extreem als nu heb ik het niet eerder gezien.' Het aantal nieuwe aanmeldingen stijgt bij bepaalde factoringpartijen zo sterk dat deze uit de pas dreigen te lopen met de beschikbare financiering.
Een nulletje extra
De sector is alerter dan ooit. Ondernemers die in de problemen dreigen te komen, willen nog wel eens een factuur dubbel indienen of een nulletje extra achter een rekening zetten, vertelt Rob Toorman van NL Credit Services. 'Bij factoring ligt het grootste risico niet bij de debiteur, maar bij de klant.'
'Iedere factuur die ik koop kan vandaag een goede zijn, maar hoe zit dat over dertig dagen?', zegt Tim Zoete van Voldaan. Niemand in de sector durft te gokken op een goede afloop. Brian Reaves van Factris schetst een somber scenario: 'We zien nog maar het topje van de ijsberg. Hele industrieën gaan over de kop, dit is nog nooit vertoond.' Dat betekent keuzes maken. 'We doen wel de leverancier in mondkapjes, maar we zijn voorzichtig met bedrijven in de reisindustrie, horeca of uitzendwerk', vertelt Travella. Sectoren die aan de overheid leveren hebben een streepje voor. 'We hebben altijd gezegd dat we anticyclisch financieren. Maar in deze setting gaat dat niet meer. Dit is een gezondheidscrisis, niet alleen een economische crisis.'De zwakke positie van ondernemers raakt ook de factoringbedrijven. Een aantal heeft niet genoeg vet op de botten om grote risico's op te vangen, stelt een ingewijde. 'Als het gaat waaien, zijn zij de eerste die omvallen.' Travella: 'Factoringpartijen die zwaar in mkb en zzp zitten zullen het lastig krijgen. In de komende maanden gaan we ontdekken of alternatieve financiering ook in crisistijd een plek heeft.'